PILOOTPROJECT IN VLAAMS -BRABANT
Drie verplaatsbare transitwoningen in Boortmeerbeek
De eerste verplaatsbare transitwoningen in Vlaanderen staan in Boortmeerbeek, op het terrein van Camping Floreal. Het pilootproject is een gezamenlijk initiatief van de sociale huisvestingsmaatschappijen SWaL en Woonpunt Zennevallei en de provincie Vlaams Brabant.
Camping Floreal ligt tussen Leuven en Mechelen op een boogscheut van het domein Hofstade. Eigenlijk bedoeld voor weekendverblijven, maar vaak een vaste stek voor mensen die de hoge huurprijzen in hun streek niet meer kunnen betalen. Sociale huisvestingsmaatschappij SWaL die de site kon aankopen, wil de woonsituatie van de huidige bewoners verbeteren en er nieuwe alleenstaanden of kleine gezinnen laten wonen. Van de 47 campingpercelen zijn er nu nog slechts enkele bewoond. Voor de tijdelijke herhuisvesting kozen ze voor transitwoningen. We spreken met Chris Troniseck, projectleider bij SWaL en één van de bezielers van dit initiatief.

Waarom het idee van transitwoningen?
Chris: “Op de site komen 35 kleinschalige nieuwe woningen. Enkele chalets die moeten verdwijnen, zijn nu nog bewoond. Om die bewoners te herhuisvesten ontstond het idee om met tijdelijke units elders op de site te werken. Eens de tijdelijke bewoners een vast onderkomen hebben, worden de tijdelijke woningen verplaatst naar een project van Woonpunt Zennevallei. Die zal ze eerst inzetten als huisvesting bij een project in Camping Luna in Halle, om ze later in te schakelen als mantelzorgwoningen.”
Hoe ziet zo’n transitwoning eruit?
Chris: “De bewoonbare oppervlakte van ongeveer 50 m2 bestaat uit een slaapkamer, centrale kern met bergruimte, sanitaire cel en een keukenunit die uitgeeft op de leefruimte van 21 m2. De kopse zijde is opgevat als een kijkdoos, voorzien van een groot raam en een omkaderd terras dat zweeft boven de buitenruimte. De buitenbekleding bestaat uit witte vezelcementplaten, de binnenwanden zijn afgewerkt met gipsvezelplaten en de vloeren met linoleum.”

Wat maakt deze woningen gemakkelijk verplaatsbaar?
Chris: “De units zijn 4,5 op 13 meter groot. Dat zijn ongeveer de maximale afmetingen voor uitzonderlijk vervoer over de openbare weg. Het is een houtskeletbouw op een platform, dat als geheel voldoende stijf is om met een kraan te tillen. De opstelling op het terrein gebeurt met regelbare schroefpalen. Door het hergebruik van de aansluitingen van de voormalige chalets bleef bij ons de aansluitkost beperkt.”
Is dit betaalbaar?
Chris: Voor het ontwerp en bouw van de units kozen we voor een Design&Buildformule, met een prijsvraag voor drie units die maximaal 100.000 euro mochten kosten, inclusief technieken, btw en studiekosten. Uit de voorstellen kwam de inzending van A2D met de firma Modulehome uit Halle als winnaar uit de bus. De modules moesten niet kunnen gestapeld worden en met zijn subtiel hellend dak bood dit ontwerp extra ruimtelijkheid en woonkwaliteit die het beeld van containerwoningen overstijgt. Het vlinderdak zorgt voor de dakafwatering met centrale hemelwateropvang en de nodige hellingsgraad voor PV-panelen. Een aardig deel van de kostprijs ging naar de technieken, zoals het Nilansysteem voor ventilatie, verwarming en koeling met warmtepomp, de PV-panelen met batterijen en een hemelwatertank. Hierdoor hebben de units wel een zeer gunstig E-peil van 12.”

Hoe verliep de verhuring tot nu?
Chris: “Om de campingbewoners mee te krijgen in het verhaal, moesten de nodige drempels overwonnen worden. Zo lag de huurprijs voor sommige bewoners te hoog: nu huren ze immers een stukje grond voor slechts 150 euro per maand. Daarnaast vormen de beperkte oppervlakte en bergruimte soms een knelpunt. Een ouder koppel zocht bijvoorbeeld een alternatieve oplossing omdat ze de unit te krap vonden voor hun meubels en het bezoek van hun kleinkind. Twee van de drie units zijn inmiddels wel toegewezen.”

Chris Troniseck projectleider bij SWaL
Meer informatie?
www.vlaamsbrabant.be
Tekst: Wouter Bosmans, deskundige energie en bouwtechniek
Foto’s: Chris Troniseck (swal)